In mei het weer zover: het Eurovisie Songfestival! De 67ste editie van het EK Zingen vindt plaats in het Britse Liverpool. Eigenlijk had Oekraïne het festival moeten huisvesten, maar dat bleek door de voortdurende oorlog geen optie. Het Verenigd Koninkrijk, dat na een lange periode van malaise dit jaar ineens als tweede eindigt, mag daarom voor het eerst in 25 jaar het songfestival organiseren. De komende maanden zullen de diverse deelnemende hun inzendingen presenteren. Wij laten ze hier stuk voor stuk de revue laten passeren en vinden er wat van.

Door Jeroen Bootsman – Welbeschouwd zou je kunnen stellen dat Kroatië van alle landen die vroeger tot Joegoslavië behoorden het succesvolste songfestivalland is. Van de 27 Joegoslavische deelnames tussen 1961 en 1992 waren de vertolkende artiesten merendeels uit Kroatië afkomstig. Zoals ook de formatie Riva, die in 1989 het festival won met het door velen verfoeide Rock me baby, muzikaal gezien zo’n beetje het slechtste nummer dat ooit met de eer ging strijken.

Toen Kroatië vanaf 1993 als onafhankelijk land ging meedoen, behaalde het aanvankelijk van alle voormalige Joegoslavische republieken de beste resultaten en eindigde het praktisch elk jaar in de top tien. Na de eeuwwisseling en de invoering van de halve finales kwam daar langzaam verandering in. Sinds 2003 is de top tien buiten bereik gebleken. Sterker nog: negen keer – waarvan twee keer vier jaar achter elkaar – wist het land geen finaleticket te bemachtigen. Het laatste Kroatische succesje dateert van 2017, toen de dertiende plaats werd behaald.

De tekst gaat hieronder verder.

Kroatië

Let 3 – Mama SC!

De laatste jaren leken muzikaliteit en betere liedjes steeds meer terrein te winnen op het songfestival. Maar dit jaar lijken de kermis- en circusacts meer terug dan ooit en binnen dat genre valt nog de subvariant ‘(mislukte) humor met een boodschap’ te onderscheiden. In het verleden leverde dit uitzonderlijke bijdragen op als de Oostenrijkse komiek Alf Poier en recent nog de IJslandse sm-act Hatari. Een boodschap, verpakt in stand-uopcomedy en/of performance art kán tot iets moois leiden, maar het hoeft niet per se, zo bewijst Kroatië, dat dit jaar met Duitsland lijkt te strijden om de titel ‘Wanstaltigste Act’.

De Kroatische humor ontgaat mij totaal en leidt tot een rampzalige bijdrage, vertolkt door een band die in eigen land bekend is om obscene gebaren en vulgaire teksten. Dat voorspelt niet veel goeds. In de tijd dat vakjury’s nog heer en meester waren, zou genadeloos met dit soort ongein zijn afgerekend, maar misschien dat de televoters hier wel de lol van inzien.

Verre van muzikaal en al helemaal niet grappig. De enige plaats waar dit wanproduct thuishoort, is het afvoerputje zodat Kroatië voor de vijfde achtereenvolgende keer de finale niet haalt. Zelden heb ik zo hartstochtelijk op iets gehoopt. De poedelprijs is nog te veel eer. De band wil hiermee naar eigen zeggen een statement tegen oorlog maken, maar zingt in het Kroatisch, dus die boodschap zal de meesten ontgaan. Mij in elk geval wel, dus dat kost deze band de broodnodige welwillendheid.